12 juli 2017

ZIJWIELTJES

PrietJanPraat

Met de roze loopfiets manoeuvreerde ze door alle bochten. En nu. Och… Wat was ze trots. Fietsen op een echte fiets.. “Opa kijk… Ik kan al met losse handen”. De twee zijwieltjes hielden haar in evenwicht. Het roze loopfietsje werd geparkeerd, totdat haar zus zover zou zijn.

In herinnering ga ik terug naar mijn oude ‘buurjongens’. Ook hun zag ik vaak al vroeg langs komen ‘crossen’ op die kleine fietsjes met zijwieltjes. En ze gingen hard, ze waren daar heel behendig in. Totdat… het moment daar was dat de wieltjes aan de spreekwoordelijke ‘wilgen’ werden gehangen. Met een bezemsteel in de hand, gestoken tussen het frame onder het zadeltje, rende ik achter de beginnende fietser zonder zijwieltjes aan. Net zo lang totdat hij in evenwicht bleef… en het lukte, bij alle drie.

Zelf heb ik nooit zijwieltjes gehad.. Dat kende ze toen volgens mij nog niet. Fietsen. Met ‘vallen en opstaan’ leerde je dat. Vaak ook nog met de fiets van je broer of zus of een afdankertje. Tijdens mijn eerst Heilige Communie kreeg ik een nieuwe fiets, kan ik me nog herinneren. Bij thuiskomst uit de kerk stond hij daar in de huiskamer te blinken. Het zijn van die momenten die je nooit vergeet. De plechtigheid als zodanig… Och ik weet er niet zoveel meer van, maar die fiets. Hij staat in mijn geheugen gegrift als een van die belangrijke momenten.

Daarna waren het, naarmate ik ouder werd, ‘opknappertjes’ die ik kreeg. Op zich niks mis mee hoor. Maar het probleem van mijn ietwat korte beentjes kwam toen, door die afdankertjes, ook al aan de orde. Ook zoiets wat je niet vergeet. De fietsenmaker had de gouden tip in huis, de oplossing van de eeuw… Er werden houten blokken gemonteerd op de trappers zodat ik ‘bij de trappers’ kon. Praktisch opgelost, dat wel. Maar echt leuk was het niet.

Ik werd er danig mee geconfronteerd, weet ik me nog te herinneren. En soms is dan de maat vol… Was dat pesten… Het leek er wel verdacht veel op. Op weg naar de grote speeltuin langs de rijksweg in Rosmalen, ik weet nog precies waar, heb ik ze in de sloot gekieperd. Dag blokken, voorgoed vaarwel.

Het komt allemaal voorbij terwijl ik de fiets aanschouw met de zijwieltjes. Het gaat snel allemaal. Mijn eerste fietsleerling van toen is nu een stoere vent van twee meter groot. Hij rijdt intussen al jaren auto en doet met volle overgave allemaal mooie dingen met werk, opleiding en hobby. Ook onze jongens zijn kunstenaars op hun fietsjes. Met het grootste gemak fietsen ze ‘op en neer’ naar opa en oma. Het gaat snel allemaal..

Opa en oma fietsen inmiddels met ondersteuning, ook handig.. Elektrisch bedoel ik dan, geen blokken.