31 juli 2018

Taaie

PrietJanPraat

Respect. Je moet het verdienen, zeggen ze vaak met een soort van alledaags gemak. Ja ja… Aan m’n hoela. Ga er maar aan staan als je er mee wordt geconfronteerd, wanneer het noodlot je treft. Ik heb het over kanker, die verdomde kloteziekte die nog steeds niet geheel onder controle is. Hoe kan dat toch, met alles wat de mensheid in haar vermogen heeft.

Respect. In de loop der jaren hebben wij dat in ieder geval wel gekregen. Potverdorie, wat een helden allemaal. Och, namen hoeft niet. Onze omgeving weet precies waar ik het over heb en wie het niet weet kent op zijn of haar beurt wel weer mensen in zijn of haar eigen omgeving waar het woordje respect, met groot respect mag worden uitgesproken.

Bij ons was er ruim twintig jaar terug al de eerste confrontatie in onze echte nabije omgeving. Het waren twintig heftige jaren van vallen en opstaan. Meer diep vallen dan opstaan, welteverstaan. Iets later, zo’n zestien jaar terug, kondigde zich de volgende ellende aan. Wat moet je over de afloop van dat alles verder kwijt. Het einde gaat door merg en been, wanneer je er aan terugdenkt.. En weet je, dat doe je zowat elke dag wel een keer.
Intussen hebben we afscheid genomen van alweer een familielid, van een hele goede vriend.. Het blijft maar bezig. En het is heus niet bij ons alleen.

Waarom ik hierover schrijf… De aanleiding hiervan is een ‘whatsappje’ van de man van een oud-werkneemster wat we laatst binnenkregen. Een kanjer, altijd al geweest, maar nog meer een vriendin die een heel speciaal plekje in onze harten heeft. “Alweer opgenomen in het ziekenhuis”, lezen we. Verdomme nog aan toe.

Haar familie is niet alleen de grote kampioen in de grote Nationale Geffense Kwis maar ook kampioen in ‘zorg’ verlenen. Hulde aan deze mensen, hulde aan wie dan ook, die zich inzet.. Respect.

Al nadenkende over dit alles kom ik ook aan het fenomeen ‘respect’. Weer zo iemand die dit voor meer dan de volle 100% verdient. Alles in het teken van de ander, haar man, haar kinderen en vooral de kleinkinderen. Ondanks de pijn, ondanks de ellende, ondanks het ongemak, ondanks… alles.

Haar behandelend arts in het ziekenhuis was en is zeer begaan met haar. “Wat ben je toch een taaie”, waren zijn woorden. “Dat komt misschien wel, omdat ik altijd bij een ‘taaie’ heb gewerkt”, waren de woorden van onze kanjer. Met een beetje trots hebben we dit aangehoord…