14 augustus 2020

Gideon van Meeteren over vooroordelen: ‘Ik zie meer positieve dan negatieve dingen’

 

ROSMALEN – De vooroordelen zijn de wereld nog niet uit. Iedereen heeft er in zijn leven mee te maken. Zo ook de katholieke kerk, of valt dat wel mee ? Kapelaan Gideon van Meeteren (38) wist al heel jong dat hij priester wilde worden. Een beroep waar tegenwoordig nog maar heel weinig mannen kiezen. Heeft hij te maken met vooroordelen, krijgt hij reacties op zijn beroepskeuze ?

 

Door Corrianne Schijvens-van Hassel

Gideon van Meeteren is kapelaan in de parochie Heilige Maria in Rosmalen. Lang geleden diende hij als misdienaar en toen viel het kwartje. Hij wilde priester worden. Gideon :” Ik ben geboren in Lelystad en opgegroeid met een broer en een zus. Het voortgezet onderwijs volgde ik in Harderwijk. Mijn vader dacht dat mijn wens om priester te worden wel over zou waaien zodra ik in de puberteit kwam En ja, ik heb wel wat vriendinnen gehad in mijn jeugd. Mijn ouders zijn wel erg gelovig en gaan iedere zondag naar de kerk. Nadat hij met de VUT ging, is mijn vader nog diaken geworden. Dat was daarvoor niet te combineren met werk en een gezin.”
Na zijn middelbare opleiding heeft de kapelaan vier jaar in een orde in ItaliĆ« geleefd. “Het werd daar een beetje wereldvreemd, je kreeg er niets mee van de buitenwereld. Na terugkeer in Nederland ben ik de 6-jarige opleiding tot priester aan het seminarie in Haarlem-Amsterdam gaan volgen. Daarna heb ik een jaar in een missionaire congregatie in ItaliĆ« gestudeerd. Met wat extra lessen op het seminarie in ‘s-Hertogenbosch en een stage in Tilburg ben ik in 2016 tot priester gewijd en hier in de parochie aan het werk gegaan.”

Vroeger hadden priesters volgens Van Meeteren veel meer met vooroordelen te maken dan tegenwoordig. “Reacties als ‘jullie zijn voor de armen maar zetten dure kerken neer’ kwamen veelvuldig voor. Het waren de rijken die geld gaven voor de bouw van de kerken. We hebben momenteel niet veel meer te maken met vooroordelen, of de mensen uiten hun mening in ieder geval niet meer zo. Mensen hebben het te druk met andere dingen. Ik heb ook geen last van racisme en merk het ook niet in onze kerken. Integendeel, ik zie meer positieve dan negatieve dingen. Ik merk dat de mensen heel open zijn naar anderen; dat iedereen heel welkom is en dat wij wat kunnen leren van buitenlanders. Zij brengen vaak hartelijkheid, spontaniteit en vriendelijkheid mee. Ik zie dat meer als een verrijking voor ons.”

Draag je altijd een priesterboordje? “Ja, maar dat is niet verplicht. Ik draag het om te laten zien dat ik een geestelijke ben. Als ik dit moet uitleggen aan kinderen op de basisschool of van de Eerste Heilige Communie dan doe ik dat als volgt: Als er wordt ingebroken, wat doe je dan? Dan roep je de politie. En hoe herken je die? Aan zijn kleding, pet… pistool. Op dat moment weet je dat hij of zij de persoon is die op dat moment kan helpen. Zo is het ook met de priesterboord. Als mensen geestelijke hulp nodig hebben, of een priester willen spreken, dan zijn deze door de priesterboord te herkennen.”

En homohuwelijken? “Ik sluit geen homohuwelijken af. Voor katholieken is het huwelijk een band tussen man en vrouw. Ik heb ook vrienden die homoseksueel zijn, wel een relatie hebben maar niet willen trouwen. Dit omdat ze vinden dat het huwelijk een band tussen man en vrouw is. Maar ik ken ook mensen die hier anders over denken. Er wordt hier veel over gesproken, ook in de Kerk, waar het standpunt door de huidige paus ook weer is bevestigd.”

Het kerkbezoek is drastisch teruggelopen en ook de basisscholen besteden nauwelijks nog aandacht aan godsdienst. “Een enkele basisschool organiseert nog een bezoek aan de kerk. Kinderen weten bijna niets meer van de kerk en religie. Tijdens schoolbezoeken krijgen kinderen naast een rondleiding ook filmpjes en kaarten te zien waarmee we ons verhaal doen en zo een leuke indruk van de kerk en het geloof afgeven.”
Heeft de kapelaan zelf vooroordelen en voelt hij zich nog wel veilig ‘s -avond op straat? “Ik heb niet snel vooroordelen en het niet veilig voelen bij bijvoorbeeld een groepje hangjongeren, overkomt me niet zo snel. Ik kan me echter wel voorstellen dat mensen zich hier ongemakkelijk bij voelen en misschien er wat van denken, maar als er een groep jongeren bij elkaar zit en het met elkaar naar hun zin hebben, dan kan ik dat alleen maar toejuichen.”

Foto's:


0