15 maart 2017

IN DE BIECHTSTOEL: CHARLES VAN HERPEN: “BOOMKNUFFELAAR”.

GEFFEN –Van geboorte een rasechte Heeschenaar, maar inmiddels na 30 jaar wonen in Geffen voelt hij zich op en top Geffenaar. Charles van Herpen (50). Namens de politieke partij VPM was hij acht jaar raadslid, in de tweede periode functioneerde hij als fractievoorzitter. “Een periode waar ik best veel heb geleerd. Geduldig worden, bijvoorbeeld. Dat had ik ook wel nodig, als ik eerlijk ben”, zegt Charles met een brede smile. Vandaag neemt hij plaats in onze biechtstoel.

Door Jan van Ravenstein

Geloof je?
Ik ben van de generatie waar je gewoon elke week naar de kerk moest. Daar bestond geen discussie over en we deden dat dan ook trouw. Ik ben 10 jaar lid van het jongerenkoor geweest, puur voor de gezelligheid. Och weet je, hier in Geffen is het gewoon nog goed. Met onze kerk hier in Geffen is niks mis mee. We hebben een fijne pastoor, die het snapt. Die is niet blijven hangen in het verleden, echt niet hoor. Ik zit ook nog in de avondwake werkgroep waardoor het contact open blijft.

Wat is een goede eigenschap van je?
Ja, wat moet ik hiermee, met zo’n vraag. Eigenlijk moet dat een ander over jou zeggen, niet dan? Wat ik wel weet van mezelf is het feit dat ik doelgericht ben. Als ik iets doe, dan ga ik voor de 100% inzet en liefst als het even kan nog een beetje meer. Soms botst dat wel eens omdat ik van mijn omgeving dan dezelfde gedrevenheid verwacht. Dat zijn van die valkuilen waar je heel erg mee moet oppassen.

Wat is je grootste zonde?
Ik praat te veel. Soms, hoor ik mijn omgeving wel eens zeggen; “hij praat veel, maar zegt weinig”. Dat komt dan door mijn soms vurige betoog, het is niet anders. De een praat met zijn handen, ik met woorden. En ik heb nou eenmaal overal een mening over en die verkondig ik ook van harte. Dat zouden trouwens meer mensen eens moeten doen. Maak van je hart geen moordkuil.

Wat koester je het meest?
Geffen, de natuur, mijn gezin, de gemeenschap, mensen. En dat dan in willekeurige volgorde. Natuurlijk, Anita en mijn kinderen staan met stip op nummer een, dat staat buiten kijf. Maar al het overige heeft gewoon mijn brede belangstelling. Geffen is mooi. We hebben zojuist carnaval gehad met de optocht, waar ik al jaren in de categorie individueel aan mee doe, het was weer geweldig. Heel erg jammer is het dat de boerenbruiloft, waarvan de roots toch zo’n beetje in Geffen liggen, niet meer met carnaval plaatsvindt. Het is jammer dat het gebeuren nu ‘verzuipt’ in het grote geweld van Effe noar Geffe. Gewoon weer doen, op die carnavaldinsdag zoals het altijd al was. En dan als een soort van matinee in een van de feestzalen. Weet je, de ‘boerre brulloft’ heeft toch haar eigen publiek. Er komt geen mens minder in de tent, dan kan ik je bij deze vertellen. Dus.. een win-win situatie.

Waar kun je heimelijk van genieten?
Heb je even de tijd? Van de natuur natuurlijk. Ik heb niet voor niets de bijnaam ‘boomknuffelaar’ van Geffen gekregen. Buiten eten grote krijsende kraaien het voer op uit het vogelhuisje dat in feite was voor het kleine vogelgrut. Het liefst zou hij die dikke kraaien aanspreken om te zeggen dat ze weg moeten wezen. Bomen, ze lopen als een rood lint op dit moment door zijn leven. Geffen kent zijn strijd vanwege de bomenkap en dan met name de kap aan de Heesterseweg. Charles is enig lid van de Geffense vereniging “Bomenkap Nee”. Vol vuur, emotie en met heel veel woorden heeft hij toch zijn doel bereikt. Knap. Een mooie oude boom is als een monument. Een eenvoudige boom als een knotwilg. Het is een broedplaats voor vogeltjes. Maar ook muizen, vleermuizen en zelfs uilen maken er gebruik van. Is dat niet mooi?.

Wat stuit je het meest tegen de borst?
Ik heb de ‘schurft’ aan mensen die, als er iets mis is, meteen met hun vingertje naar een ander wijzen. Vergeef het mij, het is niet echt netjes verwoord, maar ik kan me daar mateloos aan ergeren. Kijk eens in de spiegel, verbeter de wereld en begin bij jezelf. Het is mij, en mij heus niet alleen, vroeger zo geleerd. Doe dat dan ook, zou ik zeggen. Een goede raad; Bespreek het met elkaar en zet er daarna een streep onder.

Van wie kun je nog wat leren?
Mag het ook zijn: Van wie heb je veel geleerd? Dat is handiger voor mij. In mijn politieke ‘carrière’ heb ik veel geleerd van Hans Hendriks en Rini van de Ven. Helaas is laatstgenoemde niet meer onder ons. Rini was een bijzonder iemand, weliswaar van een andere politiek partij maar dat speelde bij hem een minder grote rol. Hij straalde een rust uit waar je bijna jaloers op zou worden. Bovendien was hij een mensenmens. Wat het ook was, je klopte nooit tevergeefs bij hem aan. Hans Hendriks, was Hans. Betrouwbaar, met vooral heel veel rust in zijn lijf. Een eerlijke uitstraling met daarnaast een doelgerichte passie met heel veel politieke kennis. Hans is ook een man met een soort van ‘vaderlijke’ zorg, voor een ieder in zijn omgeving.

Wie of wat is je grote voorbeeld?
Meerdere natuurlijk. Mijn ouders, prachtmensen. Maar ook vanuit mijn werk zie ik dagelijks de voorbeelden hoe het moet en hoe het dus ook kan. Ik doe mijn werk bij de Sonnewijser in Tiel. Dat is een school voor leerlingen waarbij vrijwel altijd sprake is van complexe problematiek, weinig vertrouwen in het eigen kunnen en een grote kwetsbaarheid. Elke dag zie je daar in feite het voorbeeld hoe het moet. Leerproblemen kunnen gedragsproblemen geven, en andersom. Over complexen gesproken. Wij, de leerkrachten, moeten zorg dragen voor een juiste aanpak. Maar de leerling zal het uiteindelijk moeten doen. Prachtige voorbeelden van hoe het moet en zeker hoe het kan.

Met wie zou je een Weesgegroetje willen bidden?
Ik zou wel eens een kijkje willen nemen achter die Hemelpoort. En dan daar samen met de vele dierbaren die ons en mij zijn ontvallen even willen brainstormen hoe het daar is. Ik heb best veel vragen. Is het daar zo mooi als ze zeggen, zijn er ook bomen, is er ook groen zijn er ook vogels en dieren? Zou het echt een groen getinte hemel zijn. Dat zou voor mij als ‘boomknuffelaar’ een hele geruststelling zijn. Een Weesgegroetje. Vanuit de avondwake diensten kom ik vaak in contact met het verdriet. Verdriet om jong en oud. De dood maakt nu eenmaal geen verschil in leeftijd, rang of stand. En soms weet je het niet meer wanneer je met de nabestaanden in gesprek bent. Soms zegt stilte meer dan duizend woorden. Jawel, een Weesgegroetje, met al die mensen daar achter die hemelpoort, dat zou mij een heel warm gevoel geven

Heb je verder nog iets op te biechten?
Nee, althans… Geen gekke dingen. Of toch wel. Even laten weten dat ik ‘Gruts op Geffen’ ben. En ik heb nieuws. Er komt een splinternieuwe column van mij, in Torenklanken. “Rooi Oortjes’ genaamd.

Foto's:


I